Columnist: Erik Kruisselbrink – Verpakkingsjournalist
Ik werd in 2003 besmet met het verpakkingsvirus. Destijds nog werkzaam bij Reed Business Information, als redacteur van Bakkerswereld, wilde ik na 6,5 jaar wel eens iets anders. En bij Pakblad was een interne vacature. Ik had wel zoiets van: ‘Hoe krijgen ze dat blad toch iedere keer weer vol, want waar moet je het toch steeds over hebben’.
Grappig, hoe je als buitenstaander tegen een sector aankijkt. Want wat een fantastische sector is de verpakkingssector voor degene die zich erin verdiept. Alleen die verschillende verpakkingsmaterialen al, die constant verder worden ontwikkeld om nog dunner, functioneler of milieuvriendelijker te maken. Want ongelooflijk, hoe ver de heren en dames chemici zijn in het ontwikkelen van bijvoorbeeld kunststof monomaterialen met dezelfde (barrière-)eigenschappen die laminaten ook hebben.
En dan heb je ook nog het verpakkingsproces zelf, waarbij producten zo snel en zo efficiënt mogelijk moeten worden verpakt. Dat moet ten eerste heel snel gaan, maar ook heel betrouwbaar en veilig. Zo moet het gewicht kloppen dat op het etiket staat aangegeven en moet de verpakking perfect gesloten zijn om het product houdbaar te houden. En dacht u van MAP in dat kader? Los van alle druk van regeringen en consumenten om het de impact van gebruikte verpakkingen zo min mogelijk te laten zijn.
Maar laten we buiten al die functionaliteit ook niet vergeten hoeveel moois er wordt ontworpen om de verpakking de ideale ambassadeur van het merk en het verpakte product te laten zijn. Want het product kan nog zo goed zijn, het moet wel verkocht worden. Dat ambassadeurschap wordt overigens steeds meer uitgebreid richting internet waar de klantloyaliteit nog verder kan worden versterkt.
Kortom het verpakkingsvirus is een uitermate aangenaam virus gebleken waar ik graag tot in lengte van jaren besmet mee blijf. Dat geldt niet bepaald voor dat andere virus. U weet wel waar ik het over heb. Een virus dat, los van de persoonlijke ellende, een drama is voor diverse geledingen van de economie. Ik noem de horeca- en de evenementensector. Maar er gloort met de komst van diverse vaccins gelukkig hoop aan de horizon. Het zou mooi zijn als wij ons eind maart, begin april in ’s-Hertogenbosch weer in levende lijve aan dat andere virus zouden kunnen laven: het verpakkingsvirus!